Vastleggen van de oriëntatie van het resectiespecimen met behulp van 3d- beeldvorming, een haalbaarheidsstudie

Vastleggen van de oriëntatie van het resectiespecimen met behulp van 3d- beeldvorming, een haalbaarheidsstudie

Vastleggen van de oriëntatie van het resectiespecimen met behulp van 3d- beeldvorming, een haalbaarheidsstudie

J.G. VAN RIJSSEL, M.P.L. ZOULFI KHATIRI, J. VERBURG, E.A. DIK

 Afdeling Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie, Radboud Universitair Medisch Centrum, Nijmegen

Doelstelling van het onderzoek
Optimaliseren van het vastleggen van de oriëntatie van het resectiespecimen met behulp van 3D-beeldvorming om eventuele adjuvante behandeling (reresectie/postoperatieve radiotherapie) gerichter uit te kunnen voeren en om de communicatie tussen de verschillende betrokken afdelingen postoperatief te bevorderen.

Probleemstellingen en uitgangspunten
Tumoren in het hoofd-halsgebied zijn na resectie vaak lastig te oriënteren op de afdeling pathologie. Dit wordt veroorzaakt door de complexe anatomie in het hoofd-halsgebied, vervorming van het resectiespecimen na verwijdering van de tumor en beperkte mogelijkheden van het markeren van deze oriëntatie.  De combinatie van bovenstaande aspecten verhinderen in bepaalde gevallen een juiste oriëntatie van het specimen waardoor onduidelijkheid kan ontstaan over de plaats van een krappe of irradicale marge. Deze onzekerheid beïnvloed de eventuele adjuvante behandeling.

Materiaal en methode
Voor dit onderzoek werden (door bot ondersteunde) intra-orale tumoren in beeld gebracht met behulp van een intra-orale scanner, als aanvulling op de normale stageringsonderzoeken. Postoperatief werd het resectiespecimen ingescand met behulp van dezelfde intra-orale scanner. Deze digitale beelden van de tumor werden gefuseerd met de preoperieve beeldvorming (intra-orale scanner, CT, MRI) om zo het resectiespecimen juist te oriënteren in de anatomie van de patiënt.

Resultaten
Drie patiënten werden geïncludeerd om de haalbaarheid van de techniek te onderzoeken. Alle patiënten hadden een plaveiselcelcarcinoom t.p.v. de processus alveolaris mandibulae. De tumoren konden goed in beeld worden gebracht met de intra-orale scanner. De beelden van de intra-orale scanner konden gefuseerd worden met de preoperatieve CT-scan. Dit werd via drie verschillende methoden gedaan: registratie op dentitie, registratie op 4 landmarks en registratie op tumoroppervlak. Met de eerste twee methoden werd een nauwkeurigheid bereikt van <2mm. De derde methode registreerde de beelden met een nauwkeurigheid van <1mm.

Conclusie
Mucosale tumoren van de processus alveolaris zijn goed te registeren met behulp van de intra-orale scanner.

In dentate patiënten zijn de beelden van de intra-orale scanner en de preoperatieve CT-scan goed te matchen.

Interpretatie van de oriëntatie van resectiespecimen wordt vergemakkelijkt door 3D-projectie van het specimen in de preoperatief vervaardigde beeldvorming.

Deze haalbaarheidsstudie laat zien dat uitbreiding van de indicatiestelling in onderzoeksverband zinvol is. In de toekomst zullen zodoende intra- en extraorale tumoren van verschillende subsites in het hoofd-halsgebied gescand gaan worden met de intra-orale scanner om de mogelijkheden en onmogelijkheden.

Zoeken binnen de hele website.

Open/Sluit
Snel menu